Het Aachen-Maastricht Institute for Biobased Materials heeft formeel zijn nieuwe laboratoria geopend op Brightlands Chemelot Campus in Geleen en presenteert nieuwe installaties en initiatieven zoals het opstarten van het BioTex Fieldlab. De universiteiten van Maastricht en Aken (RWTH) en het Fraunhofer Instituut werken samen in onderzoek naar moderne biobased materialen.

Het Aachen-Maastricht Institute for Biobased Materials (AMIBM) is officieel geopend. Het is voor het eerst dat deze drie partijen op dit niveau samenwerken. De universiteiten van Maastricht en Aken tekenden al eerder dit jaar een samenwerkingsovereenkomst, maar nu is ook het bekende Fraunhofer instituut formeel tot de alliantie toegetreden.

Garnalen en diepzeebacteriën

AMIBM opent vijftienhonderd vierkante meter gloednieuwe laboratoria op de Brightlands Chemelot Campus.  Ruim vijftig  medewerkers van UM, RWTH en Fraunhofer doen binnen het instituut onderzoek naar moderne biomaterialen. Men werkt aan de ontwikkeling van innovatieve en duurzame materialen, bijvoorbeeld op basis van afval van machinaal gepelde garnalen met behulp van diepzeebacteriën. Biologen, chemici, ingenieurs en medici uit zestien landen werken samen in AMIBM, dat is gerealiseerd met steun van de Provincie Limburg.

Unieke wet spinning line

AMIBM presenteerde bij de opening ook zijn wereldwijd unieke ‘bi-component wet spinning line' voor de ontwikkeling van medische vezels. Het is een bijzondere installatie van twintig meter lang waarmee biobased vezels ‘nat' (= uit een polymeer oplossing) en op kamertemperatuur worden gesponnen. Op zich is dat al bijzonder, maar deze installatie kan het ook met twee verschillende biobased polymeren tegelijkertijd, voor de productie van bi-componenten vezels. Zo kunnen verschillende eigenschappen in één vezel worden verenigd, bijvoorbeeld sterke en antibacteriële vezels voor implantaten. Aansluitend worden deze vezels van een coating voorzien die op zijn beurt nog meer (medische) eigenschappen aan de materialen toevoegt. AMIBM ontwikkelt deze specifieke vezels voor implantaten, de focus ligt op cardiovasculaire toepassingen zoals bio-hybride hartkleppen. Bio-hybride implantaten combineren de voordelen van biologische- en synthetische implantaten.

Textiel uit biobased materiaal

AMIBM maakte ook bekend te starten met het BioTex Fieldlab. Dit is een proeftuin voor de ontwikkeling van (productie)processen voor vezels en garens uit nieuwe en beschikbare biopolymeren. De proeftuin wordt gevestigd binnen de AMIBM laboratoria op Brightlands Chemelot Campus en met de proeftuin wordt een brug geslagen van biobased polymeren naar marktrijpe toepassingen in textiel, zoals beddengoed, kleding en tapijt. Projectpartners in dit geval zijn het Nederlandse branchenetwerk Modint met zeshonderd bedrijven in kleding, modeaccessoires, tapijt en (interieur-)textiel en Chemelot Innovation and Learning Labs (Chill).  Men gaat intensief samenwerken met producenten van biopolymeren en met textielproducenten.
De projectpartners voor het Fieldlab hebben overigens uit het Operationeel Programma Zuid-Nederland (OP Zuid) een subsidie van 760 duizend euro in de wacht kunnen slepen.

Laagdrempelig

AMIBM biedt nu al werkgelegenheid aan vijftig talenten uit binnen- en buitenland die onderzoek doen naar biobased materialen in een zogenaamde waardeketenbenadering: komende van nieuwe en gemodificeerde biologische bronnen, nieuwe chemische bouwstenen, nieuwe polymeerchemie tot aan innovatieve technische en medische toepassingen. Als internationaal academisch onderzoeksinstituut draagt het bij aan de aantrekkelijkheid van de Brightlands Chemelot Campus en helpt mensen en bedrijvigheid naar de Euregio te trekken, bijvoorbeeld door spin-offs op te starten. Het internationaal karakter van AMIBM biedt bedrijven in de regio laagdrempelig toegang tot brede kennis en onderzoekscapaciteit bij zowel Nederlandse als Duitse partners.